Inleiding

In februari/maart 1993 verscheen Vier novellen, een bundeling van vier verhalen die Hermans in de eerste helft van de jaren tachtig had gepubliceerd en die zowel qua thematiek als qua lengte en vormgeving een sterke verwantschap vertonen. De eerste twee novellen waren in 1980 gepubliceerd, Filip’s sonatine in maart en Homme’s hoest in november van dat jaar. Geyerstein’s dynamiek verscheen in augustus 1982, De zegelring volgde in oktober 1984. Alle novellen werden door De Bezige Bij uitgegeven, maar van de derde verscheen ook een bibliofiele uitgave bij Dijl’s Uitgeverij te Dordrecht. De bundeling Vier novellen werd nooit herdrukt. De eerste druk vormt daarom het uitgangspunt voor de tekst van de editie.

De tekstgeschiedenis van Vier novellen biedt een overzicht van alle in het onderzoek gebruikte documentaire primaire bronnen, met bibliografische verwijzingen naar gedrukt materiaal en beschrijvingen van niet-openbaar toegankelijk archiefmateriaal; dit onderdeel bevat bovendien uniek beeldmateriaal uit het archief-Hermans.

De tekstbezorging van Vier novellen bestaat uit drie lijsten. Bij de editeursingrepen wordt een overzicht gegeven van alle correcties die in de geëditeerde tekst zijn aangebracht. De twee andere lijsten geven overzichten van witregels die in de editie van Vier novellen samenvallen met het einde van een pagina en koppeltekens die voorkomen aan het einde van een regel.


De tekstgeschiedenis van Vier novellen

De hieronder gepresenteerde lijst biedt een beknopt overzicht van alle overgeleverde primaire documentaire bronnen van Vier novellen die van belang zijn voor de tekstgeschiedenis van de novellenbundel. Deze zogenaamde ‘overlevering’ bestaat per bron uit drie onderdelen: een gecodeerde aanduiding van de bron (het sigle), een korte beschrijving van de bron met een datering en, indien van toepassing, een verwijzing naar de relevante nummers in de primaire Hermans-bibliografieën Het bibliografische universum van Willem Frederik Hermans van Janssen en Van Stek (verder: JS) of Schrijven is verbluffen van Delvigne en Janssen (verder: DJ).[1] Alle niet openbaar toegankelijke bronnen krijgen een beknopte documentaire beschrijving die direct vanuit de overlevering aanklikbaar is. De bronbeschrijvingen kunnen ook in chronologische volgorde worden geraadpleegd. Deze beschrijvingen geven via een aantal illustratieve voorbeelden aan hoe Hermans zijn teksten in de loop van een groot aantal jaren herzag en gaan ook in op de rol van derden (uitgevers, redacteuren, typografen, zetters, correctoren en lezers) bij dit voortdurende proces van herzien en verbeteren.[2] Aan de beschrijvingen gaat een korte bibliografische typering vooraf: deze bestaat achtereenvolgens uit het sigle, de beknopte beschrijving van de bron, omvang, datering, een verwijzing naar de plaats van herkomst en een eventuele signatuur. Bij bronnenmateriaal uit het archief-Hermans is een afbeelding toegevoegd.

[1] Zie voor een meer uitgebreide toelichting bij de Overlevering de Inleiding bij de Tekstgeschiedenis van de roman Conserve (Volledige Werken Deel 1).
[2] Uit het archiefonderzoek voor de tekstconstitutie blijkt dat Hermans incidenteel ook wijzigingen aanbracht in teksten die in een bloemlezing werden opgenomen. Ook die krijgen een aparte bronbeschrijving. Primaire bronnen zonder inhoudelijke correcties, die wel zijn opgenomen in Het bibliografische universum, krijgen geen aparte beschrijving.


Overlevering

verwijst naar een afbeelding afkomstig uit het archief-Hermans/collectie Frans A. Janssen

D1FS Eerste druk van Filip’s sonatine (1980) (JS 353)
D1FSm1 Correctie-exemplaar van de eerste druk van Filip’s sonatine (1980)
T1HoHo ‘Hoest’ in Nieuwsnet (1980) (DJ 799)
M1HoHo Typoscript van Homme’s hoest (1980)
M2HoHo Typoscript van Homme’s hoest (1980)
P1HoHo Drukproef voor de eerste druk van Homme’s hoest (1980)
P2HoHo Drukproef voor de eerste druk van Homme’s hoest (1980)
P3HoHo Drukproef voor de eerste druk van Homme’s hoest (1980)
D1HoHo Eerste druk van Homme’s hoest (1980) (JS 356)
D1HoHom2 Correctie-exemplaar van de eerste druk van Homme’s hoest (1980)
D2HoHo Tweede druk van Homme’s hoest (1981) (JS 357)
D3HoHo Derde druk van Homme’s hoest (1981) (JS 358)
D3HoHom3 Correctie-exemplaar van de derde druk van Homme’s hoest (1981)
M3GD Typoscript van Geyerstein’s dynamiek (1981/1982)
M4GD Typoscript van Geyerstein’s dynamiek (1982)
P4GD Drukproef voor de eerste druk van Geyerstein’s dynamiek (1982)
D1GD Eerste druk van Geyerstein’s dynamiek (1982) (JS 368)
D1GDm4 Correctie-exemplaar van de eerste druk van Geyerstein’s dynamiek (1982)
D2GD Tweede druk van Geyerstein’s dynamiek (1982) (JS 369)
D2GDm5 Correctie-exemplaar van de tweede druk van Geyerstein’s dynamiek (1982)
D3GD Derde druk van Geyerstein’s dynamiek (1982) (JS 370)
D1BHeAV ‘Homme’s hoest’ in Het behouden huis en andere verhalen (1984) (JS 91)
M5Ze Typoscript van De zegelring (1984)
D1Ze Eerste druk van De zegelring (1984) (JS 376)
D1Zem6 Correctie-exemplaar van de eerste druk van De zegelring (1984)
D2FS Tweede druk van Filip’s sonatine (1985) (JS 354)
D2Ze Tweede druk van De zegelring (1986) (JS 377)
D4HoHo Vierde druk van Homme’s hoest (1987) (JS 359)
D4HoHom7 Correctie-exemplaar van de vierde druk van Homme’s hoest
D3Ze Derde druk van De zegelring (1988) (JS 378)
D4Ze Vierde druk van De zegelring (1992) (JS 379)
D1 Eerste druk van Vier novellen (1993) (JS 430)

Bronbeschrijvingen van Vier novellen

D1FSm1
Correctie-exemplaar van de eerste druk van Filip’s sonatine
Omvang: 56 pagina’s
1980
Literatuurmuseum
WFH (Boeken) Primair/Met Aantekeningen/Filip’s sonatine

In het archief-Hermans bevindt zich een exemplaar van de eerste druk van Filip’s sonatine met correcties van Hermans. Op de Franse titelpagina zijn de zestien paginacijfers vermeld waarop correcties te vinden zijn. Deze zijn met potlood en blauwe pen aangebracht en betreffen voornamelijk moderniseringen (zoals ‘dertiger jaren’ uit de openingszin, dat ‘jaren dertig’ werd) en stilistische aanpassingen. Zo kwam op p. 9 van de eerste druk binnen zes regels twee keer het woord ‘voortdurend’ voor. Hermans verving ze door respectievelijk ‘aanhoudend’ en ‘dagelijks uren lang’.[1] Daarnaast heeft hij in dit correctie-exemplaar aandacht besteed aan de bladspiegel door bijvoorbeeld suggesties te doen voor het verplaatsen van regels onder aan de pagina. Ook omcirkelde hij lelijk druksel.
Significant is de toevoeging ‘(in 1931, zoals een enkele oudere melomaan onder ons zich nog wel herinnert)’ na ‘Gerrit’s vijftigste verjaardag’, waarmee Hermans duidelijk maakte dat Hondijk binnen het kader van het verhaal een historisch figuur is. Aan deze correctie lag een korte correspondentie met Frans Janssen ten grondslag. Die had Hermans gevraagd waarom de alwetende verteller al vroeg in het verhaal bekendmaakt dat Gerrit Hondijk uiteindelijk door een ziekte geen piano meer zal kunnen spelen. ‘Je maakt een ernstige fout,’ antwoordde Hermans, ‘en wel deze: je vergeet dat het verhaal over figuren gaat die indertijd zeer beroemd waren en die door de oudere muziekliefhebbers onder ons nog geenszins zijn vergeten. / De levensgeschiedenis van beroemdheden valt in twee domeinen uiteen: een publiek domein en een privé-domein. / De verteller van de novelle is er kennelijk op uit enige feiten uit het privé-domein openbaar te maken, maar alvorens daartoe over te gaan, is het onvermijdelijk enkele omstandigheden die al bekend waren, weer even in de herinnering terug te roepen.’[2]
Een deel van de correcties kreeg Hermans aangereikt door de bevriende taalkundige Frida Balk-Smit Duyzentkunst. Deze correcties stuurde zij op 24 juni aan Hermans, die ze grotendeels overnam.[3] Hij twijfelde over het woord ‘verongelukt’ in de zin ‘Zelfs de auto waarin hij met z’n arme moeder is verongelukt […]’, dat volgens Balk een dodelijke afloop impliceerde. Ook Judy van Emmerik was over dit woord gevallen: ‘In je verhaal “Filip’s sonatine” […] staat op blz 48: “Zelfs de auto waarin hij met z’n arme moeder is verongelukt, …”. Terwijl Filip nog leeft. Klopt niet.’[4] Hermans ging te rade bij Balk en bracht Van Emmerik van de uitkomst op de hoogte: ‘Als Filip’s Sonatine ooit herdrukt wordt, zal ik “verongelukken” veranderen in “over de kop gevlogen”, dat is toch beter.’[5]
De tweede druk van Filip’s sonatine zou pas in 1985 verschijnen. De door Balk voorgestelde correcties waren daarin overgenomen, maar de zin over het ‘verongelukken’ had Hermans toch weer aangepast. Dat werd: ‘Zelfs de auto waarin z’n arme moeder is verongelukt, met hem aan ’t stuur’.[6] In het correctie-exemplaar is de aanvankelijke correctie – naar ‘over de kop gevlogen’ – met potlood aangebracht, de uiteindelijke variant is met blauwe inkt aangegeven.

VN_D1FSm1
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


M1HoHo
Typoscript van Homme’s hoest
Omvang: 31 bladen
6 augustus 1980
Collectie Frans A. Janssen

Op 19 april 1980 verscheen in Nieuwsnet Hermans’ verhaal ‘Hoest’. In de zomer herschreef hij het: ‘Ik heb,’ zo berichtte hij op 7 augustus aan Frans Janssen, ‘het verhaal hoest bewerkt. Zo heet het nu Homme’s Hoest, voornamelijk omdat er anders op het omslag zou komen te staan Willem Frederik Hermans Hoest en hoe waar dat ook is, je moet een ander ook eens de kans geven op een veelbetekenende keelaandoening.’[7] Janssen ontving een kopie van het typoscript van Homme’s hoest, dat Hermans een dag eerder al aan hem had verzonden.
De tekst van de novelle wijkt in deze versie nog op veel plaatsen af van die in de uiteindelijke kopij (zie hieronder M2HoHo). Zo luidt de openingszin hier nog: ‘De zilvergrijze Rolls Royce hing verslagen tegen de verbogen vangrail.’ Het typoscript bevat daarnaast op vrijwel elke pagina enkele handgeschreven correcties. Het gaat om wijzigingen in de structuur van de tekst, zoals het verplaatsen van zinnen of zinsdelen, maar ook om nieuwe tekstgedeelten, zoals de alinea ‘De aanwijzingen van een matroos volgend […] dunne, warme motregen.’[8] Een aantal correcties betreffen het motief van het hoesten in de novelle. Zo is aan de zin ‘Je maakt je bezorgd voor niets.’ in zwarte pen een zinnetje toegevoegd: ‘Daarom hoest je.’[9] Elders is een verklaring voor het hoesten juist verwijderd: na ‘Maar de rest van wat hij zeggen wou, ging in hoest verloren.’ is de passage ‘Je rookt te veel. Ik zal iets kopen tegen de hoest.’ geschrapt.[10]
Boven aan de eerste pagina van het typoscript heeft Janssen aangetekend: ‘met corr. die W. me 19/8/80 telefonisch opgaf.’ Het gaat waarschijnlijk om enkele correcties aan het slot van de novelle, zoals de toegevoegde zin ‘En ze barstte in huilen uit.’ na ‘Op die manier, stamelde ze, op die manier gaat je hoest nooit over.’, die net als de aantekening zelf in potlood zijn aangebracht.

VN_M1HoHo
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


M2HoHo
Typoscript van Homme’s hoest
Omvang: 31 bladen
1980
Archief Uitgeverij De Bezige Bij

In het archief van De Bezige Bij bevindt zich een tweede, ongedateerd typoscript (op doorslagpapier) dat als kopij voor Homme’s hoest heeft gediend. De correcties op het typoscript uit het bezit van Frans Janssen zijn ook op dit typoscript nog als handgeschreven correcties aanwezig. Alleen de eerste en de voorlaatste pagina heeft Hermans in hun geheel opnieuw getypt, waarbij hij de eerdere correcties direct heeft verwerkt. Die eerste pagina heeft weer een nieuwe handgeschreven correctie: Hermans veranderde ‘de verongelukte limousine’ in ‘de verwoeste limousine’.[11]
Enkele omvangrijkere correcties werden door redacteur Alice Toledo op losse stroken papier getypt en ingeplakt, op telefonische aanwijzingen van Hermans. Dat geldt ook voor de in het eerdere typoscript toegevoegde alinea ‘De aanwijzingen van een matroos volgend […] dunne warme motregen.’[12], die Hermans waarschijnlijk moest dicteren omdat de eerdere wijziging, geschreven op een laag tipp-ex die over de oorspronkelijke zin was aangebracht, onleesbaar was geworden.
Op 22 augustus stuurde Hermans nog ‘vier vervangende bladzijden: de nummers 1, 4, 11 en 30 (sic, maar het is niet anders). / Ik hoop dat ik toch gauw drukproeven krijg. Dan pas kan een schrijver goed aan de slag gaan.’[13]

VN_M2HoHo
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


P1HoHo
Drukproef voor de eerste druk van Homme’s hoest
Omvang: 68 pagina’s
4 september 1980
Archief Uitgeverij De Bezige Bij

Hermans kon begin september 1980 aan de slag met de eerste drukproef, die op 4 september gereed was.[14] Hij ontving een exemplaar van de proef plus een kopie van de kopij.[15]
Op het uitgeverij-exemplaar van de proef bracht Toledo haar correcties en opmerkingen in groene stift en in potlood aan. Die in het groen markeren foutieve afbrekingen en zetfouten (‘Trojaanss’, ‘plotselong’, etc.). Met potlood deed ze suggesties voor grammaticale (bijv. ‘Ik mankeer niets’ door ‘Mij mankeert niets’ vervangen) en semantische (‘prognose’ moest ‘diagnose’ worden) wijzigingen. Hermans zou deze in de meeste gevallen niet overnemen, op enkele uitzonderingen na. Zo werd ‘manden en kippen’ in de zin ‘Ze sjouwden manden en kippen en een koffer.’ op suggestie van Toledo veranderd in ‘manden met kippen’.[16]

VN_P1HoHo
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


P2HoHo
Drukproef voor de eerste druk van Homme’s hoest
Omvang: 68 pagina’s
4 september 1980
Archief Uitgeverij De Bezige Bij

Op dit exemplaar van de drukproef van Homme’s hoest bracht Hermans zijn correcties aan, in potlood en in zwarte, rode en groene pen. De overgeleverde proef is niet compleet: de bladen met de pagina’s 6-7 en 24-25 ontbreken; het blad met de pagina’s 26-27 is in tweevoud aanwezig. Hermans stuurde de gecorrigeerde proef op 11 september 1980 aan Alice Toledo: ‘Nu is het pas echt goed. / Ik denk dat er in de revisie niets meer verbeterd hoeft te worden, maar je kunt natuurlijk nooit weten. Dus zie ik er vol verlangen naar uit.’[17]
Toch was Hermans nog steeds niet klaar met corrigeren: het tweede blad met de pagina’s 26-27 bevat een aanvullende correctie, met de aantekening ‘Nagekomen van WFH 22/9/80’. Aanvankelijk had Hermans op deze pagina de zin ‘De warme wind was zoel, aan de lucht geen wolk.’ gecorrigeerd naar ‘De warme wind streelde; aan de lucht geen wolk.’ Op de nagekomen pagina maakte hij ervan: ‘Geen wolk aan de lucht. De wind streelde.’[18]

VN_P2HoHo
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


P3HoHo
Drukproef (revisie) voor de eerste druk van Homme’s hoest
Omvang: 68 pagina’s
23 september 1980
Archief Uitgeverij De Bezige Bij

Het archief van De Bezige Bij bevat een met ‘23-SEP-80’ gedateerde revisieproef. Alle correcties die door Hermans op zijn exemplaar van de proef waren aangebracht zijn hierop doorgevoerd.
De revisie laat nog slechts één nieuwe correctie zien, die een materiële aanleiding heeft: de passage ‘Naar Duitsland of Italië, waar goede autobanen zijn. Daar kun je zo hard rijden, als je wil’ bleek net te lang om op de onderste twee regels van de pagina te passen.[19] Op 29 september 1980 kon Hermans aan Toledo schrijven: ‘Homme’s Hoest is nu echt heel mooi gecorrigeerd: alle bladzijden op elegante wijze even lang gemaakt. De drukker mag wel blij zijn dat hij nu eindelijk weer eens een fraai stukje ouderwets vakwerk kan afleveren.’[20]
Op de Franse titelpagina noteerde Alice Toledo: ‘correctie op pagina 59 / na correctie / fiat / voor afdrukken / 20/10/1980 / A’. Homme’s hoest verscheen in november 1980.

VN_P3HoHo
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


D1HoHom2
Correctie-exemplaar van de eerste druk van Homme’s hoest
Omvang: 68 pagina’s
4 november 1980
Literatuurmuseum
WFH (Boeken) Primair/Met Aantekeningen/Homme’s hoest [1]

In het archief-Hermans bevindt zich een correctie-exemplaar van de eerste druk, gedateerd ‘4 novembre 1980’, waarin Hermans twee correcties voor de tweede druk heeft aangebracht. Aan de zinnen ‘Aan de overkant van het dal trokken de wolken op. Een giftig-geel zonneschijnsel brak door de damp.’ werd de zin ‘Hij stak een nieuwe sigaret op.’ toegevoegd. En in de monoloog van de Amerikaanse professor over de Odyssee moest ‘Boek vii’ in ‘Boek viii’ worden veranderd.
In een bespreking in Vrij Nederland had Frans de Rover geschreven dat de Amerikaanse professor ‘een niet-bestaande Odyssee-passage’ citeert.[21] Hermans correspondeerde vervolgens met Judy van Emmerik en Piet Neeteson over deze kwestie. Aan Van Emmerik schreef hij: ‘de nitwit die in Vrij Nederland bewee[r]t dat er in Homme’s Hoest een niet-bestaand Odyssee-citaat is opgenomen, [heeft] alleen maar niet begrepen […] hoezeer een kleine fout heb [sic] parten speelt. ’t Staat namelijk in Boek viii en niet in Boek vii.’[22] En aan Neeteson: ‘Hoe het, met wat jij noemt de Amerikaanse zwetser zal aflopen, weet ik natuurlijk ook niet, maar hij is professor in Ithaca en uit Ithaca kwam ook Ulysses, die het Trojaanse Paard bedacht heeft. / In tegenstelling tot wat Vrij Nederland beweert is de door hem geciteerde passage echt. Maar die staat niet in boek vii (drukfout) het moet zijn boek viii.’[23] Uit de twee bewaarde typoscripten blijkt echter dat er van een drukfout geen sprake was: Hermans had wel degelijk abusievelijk ‘Boek vii’ opgeschreven.
De wijzigingen werden verwerkt in de tweede druk van Homme’s hoest, die in januari 1981 verscheen.

VN_D1HoHom2
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


D3HoHom3
Correctie-exemplaar van de derde druk van Homme’s hoest
Omvang: 68 pagina’s
7 december 1981
Literatuurmuseum
WFH (Boeken) Primair/Met Aantekeningen/Homme’s hoest [3]

Het correctie-exemplaar van de derde druk, gedateerd ‘7 dec. 1981’, bevat weer enkele correcties.[24] In de passages ‘De regen bleef stromen en de drie lange ruitewissers […]’ en ‘De drie ruitewissers roerden erin’ werd beide keren het telwoord geschrapt.[25] Bij de eerste correctie noteerde Hermans boven aan de pagina: ‘zie brief Bergamin’. De Nijmeegse scholier Oscar A.M. Bergamin schreef Hermans dat hij de novelle ‘zeer goed gedocumenteerd’ vond, maar toch klopte er volgens hem iets niet met ‘het chronologische aspect van de in het verhaal voorkomende auto’s. de Rolls-Royce in het begin van het verhaal moet zijn van ná 1977 omdat deze koplampwissers heeft. De Jaguar-E-type moet zijn van vóór 1967/’68 omdat deze drie ruitewissers heeft op de voorruit. Verder zegt Homme tegen de garagehouder dat de Jaguar drie maanden oud is.’ Conclusie: ‘Dit klopt niet (tenzij Homme liegt […]).’ Dat laatste was niet het geval, bevestigde Hermans: ‘Homme liegt inderdaad niet: de Jaguar was drie maanden oud. […] Jammer dat hij (in het oog van kenners als u klaarblijkelijk bent) de schijn tegen zich krijgt.’[26]
Elders, aan het slot van de novelle, voegde Hermans nog een tussenzinnetje toe dat het contrast tussen de ongelukkige Homme en de superieur chaufferende Amerikaanse professor iets sterker aanzette: in de zin ‘En ondertussen stuurde hij zijn grote automobiel behendig de berghelling af, tussen de kadavers door en de kuilen die nu vol water stonden, over de van regen overstroomde weg’, is ‘over’ vervangen door ‘zonder ook maar een ogenblik in gevaar te komen te slippen op’.[27]
De belangrijkste toevoeging betreft het motto op de titelpagina: ‘Coughing is a form of love’, een regel uit Grapefruit (1964) van Yoko Ono. In oktober 1982 schreef Hermans aan Rob Delvigne dat hij Homme’s hoest al in 1968 had bedacht en toen van plan was geweest het citaat van Ono als motto op te nemen: ‘Als het aanbrengen van dit motto me in 1980 niet glad door het hoofd geschoten was, zou de kritiek op het boekje waarschijnlijk heel anders uitgevallen zijn.’[28] Hermans dacht niet dat het alsnog aanbrengen van het motto veel zin had, maar Delvigne wist hem op andere gedachten te brengen: ‘Je hebt gelijk dat ik het motto voor Homme’s Hoest alsnog zou moeten plaatsen. Maar voor zover mij bekend ligt een herdruk nog niet in het verschiet.’[29]
In 1984 werd Homme’s hoest opgenomen in de Zuid-Afrikaanse Hermans-bloemlezing Het behouden huis en andere verhalen, wat de schrijver de gelegenheid bood het motto toe te voegen. De vierde druk van Homme’s hoest zou pas in 1987 verschijnen; op 18 november 1986 gaf Hermans zijn correcties door, inclusief het motto.[30]

VN_D3HoHom3
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


M3GD
Typoscript (kopie) van Geyerstein’s dynamiek
Omvang: 19 bladen
1981
Collectie René Wagemaker

Op 27 december 1981 stuurde Hermans het verhaal ‘Geyerstein’s dynamiek’ aan Simon Kapteijn, redacteur van het tijdschrift Avenue: ‘ik hoop dat het geschikt is. // Mocht het te lang zijn, dan kan ik er ook mee accoord gaan als je er alleen een fragment uit plaatst, mits er bij aangegeven wordt, dat het een fragment is.’[31] Avenue wilde het verhaal graag in verkorte vorm plaatsen, maar dat gebeurde niet omdat Hermans niet kon instemmen met de manier waarop Kapteijn het had ingekort: ‘Op die manier zou er namelijk teveel van het “wezenlijke gedachtengoed” (zoals iemand die lang in Duitsland zou hebben gestudeerd het noemen zou) uit het verhaal verdwijnen en zou het eigenlijk een ander verhaal worden.’[32]
Het typoscript bevat een tiental correcties in handschrift.[33] De tekst wijkt bovendien nog vrij sterk af van de uiteindelijke novelle. De laatste alinea – volgend op ‘[…] zonnige dag als deze’ – luidt in deze versie bijvoorbeeld nog: ‘Zo nu en dan keek ze om. Zou de vriendelijke magere chauffeur met de zwarte Bentley haar niet achternakomen om haar naar de trein terug te brengen? Er sprongen tranen in haar ogen en het was nu, zelfs onder de cypressen, zo heet, dat het zweet haar overal uitbrak, alsof zij bereid was alles te verliezen.’

VN_M3GD
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


M4GD
Typoscript van Geyerstein’s dynamiek
Omvang: [iii] + 23 bladen
27 april 1982
Archief Uitgeverij De Bezige Bij

In het archief van De Bezige Bij bevindt zich het typoscript van Geyerstein’s dynamiek, met het stempel ‘master copy’, dat als kopij voor de novelle heeft gediend. Hermans verzond het typoscript op 27 april 1982 aan de uitgever.[34]
De handschriftelijke correcties op de versie-Avenue zijn in dit typoscript verwerkt, maar Hermans bracht meer correcties aan. Onder andere de openingszin van de novelle werd gewijzigd: ‘Weduwe op je achtentwintigste jaar… kwam twee eeuwen geleden algemeen voor’ werd ‘Weduwe op je achtentwintigste jaar… Twee eeuwen geleden kwam het algemeen voor’.[35]
Ten opzichte van de aan Avenue aangeboden versie had Hermans onder meer een aantal passages aan het verhaal toegevoegd waarin het begrip ‘metafoor’ geëxpliciteerd werd, zoals een langer fragment aan het slot van het zesde hoofdstuk: ‘Met camera en microfoon gewapend […] Een metafoor? Ja, inderdaad. Dat is veel eigentijdser uitgedrukt. Dank u.’ Ook de slotregels van het achtste hoofdstuk zijn nieuw: ‘Zonder werkelijk te struikelen […] deze trap, zijn oeuvre. Een metafoor.’ En in het laatste hoofdstuk voegde Hermans na ‘op een even zonnige dag als deze.’ nog de explicitering ‘Nog een metafoor.’ toe.[36]
Verder zijn er woorden met tipp-ex onleesbaar gemaakt en vervangen.[37] De grootste verandering betreft het slot, dat door Hermans in enkele fases geheel herschreven is. Boven aan de laatste pagina typte hij: ‘vervangt bladzijde 20 / laatste regel bladz. 19 vervalt.’ Dat waren de zinnen na de alinea ‘Ook herinnerde zij zich, eens een gedeeltelijke zonsverduistering te hebben meegemaakt, op een even zonnige dag als deze. Nog een metafoor.’ en die in de eerste fase van de herziening als volgt luidden: ‘Zo nu en dan keek ze om. Zou de vriendelijke magere man met de stokoude Bentley haar niet achterna komen? (… Nog een…)’. Hermans liet ze op de vervangende pagina nu volgen door de regel: ‘En dan nog een: de zwarte limousine met aan het stuur de stokoude man, mager als de dood.’[38]
Enkele correcties werden op advies van Frida Balk doorgevoerd, zoals de verandering van ‘de Fransen, die zijn naam gemaakt hadden’ in ‘de Fransen, die hem beroemd gemaakt hadden’. Een ander wijzigingsvoorstel van Balk was de vervanging van ‘berijder’ door ‘bestuurder’, maar Hermans maakte er uiteindelijk ‘eigenaar’ van.[39]

VN_M4GD
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


P4GD
Drukproef voor de eerste druk van Geyerstein’s dynamiek
Omvang: 57 pagina’s
17 juni 1982
Archief Uitgeverij De Bezige Bij

De drukproef van Geyerstein’s dynamiek die in het archief van De Bezige Bij wordt bewaard bestaat uit vier losse katernen. Op de titelpagina noteerde Alice Toledo: ‘Voor revisie 17/6/82’.
De proef telt veel correcties van vuil of beschadigd zetsel, witruimte, kastlijnen, etc. Ook was op p. 52 een regel bij het zetten weggevallen. Hermans bracht zijn correcties in grijs potlood aan; daarnaast zijn er ook correcties in blauw en zwart door een externe corrector.
Veel verbeteringen betreffen druk- en zetfouten (‘jenerverbessen’; ‘Ijverig’; ‘stand en land’; ‘dreog’), daarnaast zijn er wijzigingen op woordniveau: ‘waar de fotokoffer neergekomen was’ werd ‘waar de fotokoffer neergeploft was’ en ‘niets bijzonders’ werd ‘niets schandaligs’.[40] Geyerstein’s dynamiek verscheen in augustus 1982.

VN_P4GD
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


D1GDm4
Correctie-exemplaar van de eerste druk van Geyerstein’s dynamiek
Omvang: 57 pagina’s
14 augustus 1982
Literatuurmuseum
WFH (Boeken) Primair/Met Aantekeningen/Geyerstein’s dynamiek [1]

In het Literatuurmuseum wordt een correctie-exemplaar van de eerste druk van Geyerstein’s dynamiek bewaard. De Franse titelpagina, gedateerd ‘14. aug ’82’, meldt correcties op p. 9, 23, 28, 31 en 33, maar er zijn ook op andere pagina’s correcties. Vrijwel zonder uitzondering gaat het om markeringen van lelijk of beschadigd zetsel.
Voor meer inhoudelijke correcties was Hermans te laat, zo schreef hij op 5 oktober 1982 aan Frans Janssen: ‘Een tweede druk van Geyerstein is in de maak, net te vlug om er twee correcties die ik toch nog bedacht had in aan te brengen.’[41] Het woord ‘schuimblussers’ moest ‘snelblussers’ worden, en tussen ‘Ja, inderdaad.’ en ‘Dat is veel eigentijdser uitgedrukt’ had hij eigenlijk nog ‘Een metafoor.’ willen invoegen.

VN_D1GDm4
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


D2GDm5
Correctie-exemplaar van de tweede druk van Geyerstein’s dynamiek
Omvang: 57 pagina’s
2 november 1982
Literatuurmuseum
WFH (Boeken) Primair/Met Aantekeningen/Geyerstein’s dynamiek [2]

De tweede druk van Geyerstein’s dynamiek verscheen eind oktober 1982. De twee correcties die Hermans net te laat had bedacht om nog meegenomen te kunnen worden in de tweede druk – ‘snelblusser’ en ‘Een metafoor.’ – bracht hij in het correctie-exemplaar van deze druk opnieuw aan. Er zou echter geen derde druk van Geyerstein’s dynamiek meer volgen. In de herdruk in Vier novellen zijn deze wijzigingen niet doorgevoerd.[42]

VN_D2GDm5
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


M5Ze
Typoscript van De zegelring
Omvang: 32 bladen
9 juli 1984
Archief Uitgeverij De Bezige Bij

In het archief van De Bezige Bij bevindt zich een kopie van het typoscript (met daarop geringe verbeteringen in handschrift van Hermans) van De zegelring, gedateerd 9 juli 1984.
De kopie bevat correcties (en suggesties daartoe) door een redacteur in rode pen. Hermans reageerde op de voorgestelde veranderingen door middel van een bij het bewaarde typoscript gevoegd erratavel, gedateerd 19 juli 1984. Zeven wijzigingsvoorstellen werden door hem geaccordeerd. Het gaat om correcties als ‘weids’ in plaats van ‘wijds’ en ‘ovaal’ in plaats van ‘ovalen’, en stilistische aanpassingen. ‘De rest blijft zoals het was.’
Hermans heeft op het erratavel ook een zevental nieuwe correcties vermeld waarbij het wederom gaat om minimale veranderingen. Eén van de correcties is een wijziging op een eerdere correctie: ‘Van de meeste is helaas geen spoor meer terug te vinden’ had hij aanvankelijk gecorrigeerd tot ‘Van deze gebouwen is helaas meestal geen spoor meer terug te vinden’. Dit moest nu worden: ‘Van deze bouwsels was helaas meestal geen spoor meer terug te vinden.’[43]

VN_M5Ze
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


D1Zem6
Correctie-exemplaar van de eerste druk van De zegelring
Omvang: 72 pagina’s
18 oktober 1984
Literatuurmuseum
WFH (Boeken) Primair/Met Aantekeningen/De zegelring

Het correctie-exemplaar van de eerste druk van De zegelring in het archief-Hermans heeft op de Franse titelpagina een verwijzing naar een correctie in grijs potlood op p. 23, maar het bevat tevens correcties in lichtblauw potlood op een vijftal andere pagina’s. De wijziging op p. 23 betreft een verandering in de zinsdeelvolgorde: ‘leek het een ogenblik of hij alle levenslust had verloren’ werd veranderd in ‘leek het een ogenblik of hij alle levenslust verloren had’.[44]
De overige correcties zijn kleine verduidelijkingen, bijvoorbeeld in de zin ‘En het duurde onbegrijpelijk lang tot hij zijn mond opende om wat terug te zeggen’, waarin voor ‘opende’ het woordje ‘verder’ werd toegevoegd.[45]

VN_D1Zem6
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


D4HoHom7
Correctie-exemplaar van de vierde druk van Homme’s hoest
Omvang: 68 pagina’s
23 februari 1987
Literatuurmuseum
WFH (Boeken) Primair/Met Aantekeningen/Homme’s hoest [4]

In het archief-Hermans wordt een correctie-exemplaar van de vierde druk van Homme’s hoest bewaard. Dat bevat een papiertje dat de vondst documenteert waarover Hermans in 1982 schreef aan Rob Delvigne: ‘29 juli ’82 / Vandaag ontdekt dat ik op 26 aug ’73 in mijn dagboek heb geschreven: “Tegengekomen in Yok[!] Ono, Grape Fruit / Coughing is a form of love / Dit als motto gebruiken voor het verhaal Hoest, dat ik eindelijk dien te schrijven, als Periander klaar is!’[46]
Verder bevat het correctie-exemplaar enkele kleinere correcties. Een lange zin op p. 58-59 – ‘Je hebt het maar te doen, ook als het een imbeciel is met zeven idiote kinderen, waar hij over zeurt, geen andere conversatie, aambeien, rotte kiezen en een onreine adem.’ – werd door Hermans over twee zinnen verdeeld: na ‘zeurt’ zette hij een punt, om te vervolgen met: ‘Andere conversatie heeft hij niet, wel aambeien, rotte kiezen’, enzovoort.[47]
Een vijfde druk van Homme’s hoest kwam er niet meer, maar de correctie werd uiteindelijk wel doorgevoerd in Vier novellen.

VN_D4HoHom7
© Milo van de Pol (Huygens ING) [Terug naar overlevering]


[1] De passages in de editie op p. 555 en 557.
[2] Frans Janssen aan Hermans, 9 april 1980, en Hermans aan Frans Janssen, 12 april 1980, origineel resp. doorslag in archief-Hermans. De zin in de editie op p. 559.
[3] Frida Balk-Smit Duyzentkunst aan Hermans, 7 en 24 juni 1980, en Hermans aan Frida Balk-Smit Duyzentkunst, 22 augustus 1980, originelen resp. doorslag in archief-Hermans.
[4] Judy van Emmerik aan Hermans, 5 augustus 1980, archief-Hermans.
[5] Hermans aan Judy van Emmerik, 27 november 1980, doorslag in archief-Hermans.
[6] In de editie op p. 583. Zie aldaar ‘De ontstaans- en publicatiegeschiedenis van Vier novellen (1993)’, p. 772.
[7] Hermans aan Frans Janssen, 7 augustus 1980, doorslag in archief-Hermans.
[8] De alinea in de editie op p. 610.
[9] In de uiteindelijke versie aangepast tot: ‘Je ligt je op te winden voor niets. Daarom hoest je.’, in de editie op p. 619.
[10] In de editie op p. 620.
[11] De zinsnede in de editie op p. 592.
[12] Zie hierboven M1HoHo.
[13] Hermans aan Alice Toledo, 22 augustus 1980, doorslag in archief-Hermans. De Bezige Bij liet een ‘letterproef’ maken van het eerste hoofdstuk op basis van de voorpublicatie ‘Hoest’ die op 19 april 1980 in Nieuwsnet was verschenen. Het is een geniet katern van acht bladzijden en bevat de door typograaf Ernst Nagel aangebrachte aantekeningen ‘25/8/80./ svp kant en klaar leveren 3/11/80. / gaarne opgave proefdatum / svp spoed. / vr. gr. Nagel.’ De proef was bedoeld om de zetwijze te testen: de tekst op de pagina is doorgehaald, erboven staat de aantekening ‘zetwijze is ok / Tekst is nieuw’.
[14] De datering in het binnenwit luidt ‘4-SEP-80’; op de eerste bladzijde is de datering ‘9/9/80’ geschreven.
[15] In het archief van De Bezige Bij bevindt zich ook nog een exemplaar van de drukproef zonder correcties.
[16] De zin in de editie op p. 610.
[17] Hermans aan Alice Toledo, 11 september 1980, archief-Hermans.
[18] De passage in de editie op p. 606.
[19] Het afbreken van het woord ‘autobanen’ tot ‘au-tobanen’ en het schrappen van de komma tussen ‘rijden’ en ‘als’ loste dit op; de passage in de editie op p. 628.
[20] Hermans aan Alice Toledo, 29 september 1980, doorslag in archief-Hermans.
[21] Frans de Rover, ‘Klassieke Helena in Jaguar. Homme’s hoest, tweede novelle van W.F. Hermans’. In: Vrij Nederland, 22 november 1980.
[22] Hermans aan Judy van Emmerik, 27 november 1980, doorslag in archief-Hermans.
[23] Hermans aan P.A. Neeteson, 27 november 1980, doorslag in archief-Hermans.
[24] De derde druk van Homme’s hoest was in november 1981 verschenen. Hermans had eind september zijn uitgever laten weten dat de novelle ‘zonder verbeteringen’ herdrukt kon worden. Hermans aan De Bezige Bij, 23 september 1981, doorslag in archief-Hermans.
[25] De passages in de editie op p. 593 en 630 (daar als ‘De ruitewissers zwaaiden […]’).
[26] Oscar A.M. Bergamin aan Hermans, 2 februari 1984, en Hermans aan Oscar A.M. Bergamin, 7 februari 1984, origineel resp. doorslag in archief-Hermans.
[27] De passage in de editie op p. 634.
[28] Hermans aan Rob Delvigne, 1 oktober 1982, doorslag in archief-Hermans.
[29] Hermans aan Rob Delvigne, 2 januari 1983, doorslag in archief-Hermans. De betreffende aantekening zit voor in het correctie-exemplaar van de vierde druk, zie verderop D4HoHom7. Zie verder in de editie ‘De ontstaans- en publicatiegeschiedenis van Vier novellen (1993)’, p. 777-778.
[30] Hermans aan De Bezige Bij, 18 november 1986, doorslag in archief-Hermans.
[31] Hermans aan Simon Kapteijn, 27 december 1981, doorslag in archief-Hermans.
[32] Hermans aan Simon Kapteijn, 4 maart 1982, doorslag in archief-Hermans.
[33] Met dank aan René Wagemaker voor het verlenen van inzage in dit document.
[34] Stempel ‘Expédié le 27 AVR. 1982’; daaronder in pen: ‘11/5/82 // A’.
[35] In de editie op p. 637.
[36] In de editie op resp. p. 654, 669 en 673.
[37] Enkele voorbeelden: ‘slim’ werd ‘schrander’; ‘toen’ werd ‘destijds’ en ‘langzaam’ werd ‘voorzichtig’.
[38] In de editie op p. 673.
[39] Frida Balk-Smit Duyzentkunst aan Hermans, 2 mei 1982, archief-Hermans. Citaat in de editie op p. 644.
[40] De passages in de editie op resp. p. 639 en 656. Uitschietvellen in de collectie van Frans Janssen bevatten geen correcties.
[41] Hermans aan Frans Janssen, 5 oktober 1982, doorslag in archief-Hermans.
[42] In het correctie-exemplaar in het archief-Hermans is een knipsel bewaard van een interview met de kunstenaar Hans Hartung, die model stond voor Paco Geyerstein uit Hermans’ novelle: [Anoniem], ‘L’art selon Hartung’. In: Liberation, 18 augustus 1988.
[43] In de editie op p. 677.
[44] In de editie op p. 689.
[45] In de editie op p. 721. Het correctie-exemplaar bevat een ansichtkaart van de Fraeylemaborch waarvan in de novelle sprake is, alsmede een knipsel uit de Haagsche Courant van 23 december 1985, getiteld ‘Accu ontploft: automobilist verliest hand’, met daarin de regels: ‘De ontploffing was tot ver in de omtrek te horen. De man verloor bij de explosie zijn linkerhand, waarvan niets meer werd terug gevonden, behalve een vernielde zegelring.’ Het laatste gedeelte, na de komma, is geel gemarkeerd.
[46] Zie D3HoHom3.
[47] De zin in de editie op p. 627.


De tekstbezorging van Vier novellen

De tekstbezorging bestaat uit drie lijsten. Bij de editeursingrepen wordt een overzicht gegeven van alle correcties die in de geëditeerde tekst zijn aangebracht. De twee andere lijsten geven overzichten van witregels die in de editie van Vier novellen samenvallen met het einde van een pagina en koppeltekens die voorkomen aan het einde van een regel.


Editeursingrepen

In de uitgave van Vier novellen in de Volledige Werken zijn, op grond van het kritisch onderzoek van de basistekst (eerste druk, 1993 (D1)) en de tekstvergelijking van voorafgaande boekdrukken, tijdschriftpublicaties en overige primaire en secundaire documentaire bronnen die relevant zijn voor de tekstgeschiedenis, de hieronder volgende correcties in de basistekst aangebracht. Na het paginacijfer en het regelnummer van de boekuitgave wordt eerst de verbeterde lezing vermeld, gevolgd door de oorspronkelijke, foutieve lezing van de basistekst. Indien een of meer voorafgaande versies de juiste lezing hebben wordt daarna via het sigle verwezen naar de meest recente tekstversie met deze lezing.

p. 561, r. 20-21 Filip als wonderkind Philip als wonderkind D2FS
p. 577, r. 16 de koffergrammofoon dicht. de koffergrammofoon dicht D2FS
p. 633, r. 12 niet meer, Helena! niet meer. Helena! D3HoHo
p. 678, r. 25-26 ‘de – weleer – aristocratische achternaam’ ‘de – weleer aristocratische – achternaam’ D3Ze
p. 681, r. 33 Klein, de kandidaat-notaris Klein, de kandidaatnotaris D3Ze

Witregels

Op de volgende pagina’s in de uitgave van Vier novellen valt het staartwit van de pagina samen met een witregel:

p. 561
p. 612
p. 673
p. 691
p. 723


Koppeltekens

In de uitgave van Vier novellen moet het afbrekingsteken in het hieronder vermelde woord als koppelteken gelezen worden:

p. 677, r. 32-33 (1478-1555)
p. 697, r. 17-18 lagere-schoolopleiding


Naar boven